Per 2027 wordt de pseudo-eindheffing voor werkgevers ingevoerd
Alle afbouwbedrijven
aangesloten bij NOA
18 december 2025

Pseudo-eindheffing brandstof personenauto’s

De Tweede en Eerste Kamer hebben ingestemd met de invoering van de pseudo-eindheffing voor werkgevers die een personenauto met verbrandingsmotor ter beschikking stellen. De regeling geldt niet voor bestelauto’s. De maatregel treedt op 1 januari 2027 in werking. Pogingen om de heffing te schrappen of uit te stellen haalden geen meerderheid.

Tegelijkertijd is besloten dat de bijtellingskorting voor nulemissieauto’s wordt verlengd. Ter dekking wordt de youngtimer-regeling versoberd. Ook wordt de eerder ingevoerde accijnskorting op brandstoffen deels teruggedraaid.

Pseudo-eindheffing per 2027

Vanaf 2027 geldt voor nieuwe ‘terbeschikkingstellingen’ van een zakelijke personenauto met verbrandingsmotor een eindheffing in de loonbelasting. Het tarief wordt 12% van de catalogusprijs per jaar. Voor een auto van € 50.000,- betekent dit € 6.000,- aan extra belasting. De heffing komt boven op de reguliere bijtelling die de werknemer betaalt voor privégebruik. Emissieloze voertuigen (elektrisch en waterstof) zijn uitgezonderd.

Door verschillende deskundigen en brancheorganisaties is aangegeven dat de pseudo-eindheffing maatregel leidt tot extra administratieve lasten terwijl het klimaateffect beperkt is. Bedrijven die nog niet kunnen overstappen op een elektrische auto van de zaak zullen volgens deze analyses vaker kiezen voor privégebruik van een oudere brandstofauto, wat de verjonging van het wagenpark remt.

Bijtelling nulemissieauto’s

De geplande verhoging van de bijtelling voor elektrische auto’s wordt uitgesteld. De bijtelling voor nulemissieauto’s wordt komende jaren stapsgewijs aangepast:
2026: 18% (cap 30.000 euro)
2027: 20% (cap 30.000 euro)
2028: stijging naar 22%

Dit maakt elektrische auto’s in de lagere segmenten voorlopig aantrekkelijker voor werknemers.

Versobering youngtimer-regeling

Om de verlengde bijtellingskorting te financieren, wordt de youngtimer-regeling gewijzigd. Dit heeft directe gevolgen voor ondernemers die oudere bedrijfsauto’s zakelijk rijden.

De wijzigingen op een rij:

  • In 2025 blijft de huidige regel gelden: auto’s van 15 jaar en ouder vallen onder de youngtimer-regeling (35% bijtelling over de waarde in het economisch verkeer).
  • Per 1 januari 2026 wordt de minimumleeftijd verhoogd naar 16 jaar.
  • Per 2027 wordt de leeftijd verhoogd naar 25 jaar.

Daarnaast gaat de bijtelling voortaan uit van 35% van de waarde in het economisch verkeer. Er is geen overgangsrecht.

Accijnsverlaging deels teruggedraaid

De accijnskorting wordt met een kwart verlaagd ten gunste van het Openbaar Vervoer. Het gaat hierbij om een bedrag van 448 miljoen euro.

Veelgestelde vragen pseudo-eindheffing

Omdat de pseudo-eindheffing een forse belastingboete betekent voor werkgevers die personenauto’s op brandstof in het wagenpark hebben, zijn hieronder veel gestelde vragen over deze maatregel op een rijtje gezet:

Wat houdt de pseudo eindheffing in?

De pseudo-eindheffing is een extra belasting van 12% van de catalogusnieuwwaarde van de personenauto (inclusief btw en bpm) voor werkgevers die een benzine-, diesel- of hybride auto van de zaak ter beschikking stellen aan een werknemer die ook voor privé mag worden gebruikt (inclusief woon-werkverkeer).

Wanneer wordt de pseudo-eindheffing ingevoerd?

De pseudo-eindheffing gaat op 1 januari 2027 in voor nieuwe terbeschikkingstellingen.

Is er een overgangsregeling? 

Er is een overgangsregeling voor auto’s die vóór 1 januari 2027 ter beschikking zijn gesteld; deze zijn vrijgesteld tot 17 september 2030.

Wat valt onder privégebruik in de pseudo-eindheffing?

Voor de pseudo eindheffing valt het woon-werkverkeer ook onder privégebruik. Dit in tegenstelling tot de bijtelling voor de werknemer in de loonbelasting. Als woon-werkverkeer wordt aangemerkt als het reizen van de woonplaats naar de vaste werkplek is sprake van woon-werkverkeer. Bij het steeds wisselen van werkplek is geen sprake van woon-werkverkeer.

Voor welke werkgevers geldt de pseudo-eindheffing?

De belasting geldt voor alle werkgevers (inclusief BV’s met DGA) die fossiele /hybride personenauto’s ter beschikking stellen aan hun medewerkers mede voor privégebruik.

Geldt de pseudo-eindheffing ook voor zzp'ers en eenmanszaken?

Nee, de regeling geldt niet voor ondernemers die winstbelasting betalen via de inkomstenbelasting (IB-ondernemers) zoals zzp'ers en eenmanszaken.

Mag de werkgever de pseudo-eindheffing in rekening brengen bij de werknemer?

Nee, de pseudo-eindheffing is een belasting die door de werkgever betaald moet worden. Het is niet toegestaan om deze kosten te verrekenen met de werknemer of van de werknemer een hogere eigen bijdrage voor de leaseauto te vragen. Het is namelijk de bedoeling de werkgever te stimuleren alleen nog elektrische of waterstof aangedreven auto’s ter beschikking te stellen aan hun medewerkers.

Voor welke periode moet pseudo-eindheffing worden betaald?

De periode waarover pseudo-eindheffing moet worden betaald is een maand. Dus wanneer in die maand de auto - ook al is het maar voor korte tijd - mede voor privégebruik ter beschikking is gesteld geldt de pseudo-eindheffing.

Wanneer moet de werkgever de pseudo-eindheffing afrekenen/betalen?

De pseudo-eindheffing over 2027 moet in de aangifte loonheffing over het tweede tijdvak in 2028 worden aangegeven. De pseudo-eindheffing over 2028 moet uiterlijk in het tweede tijdvak van 2029 worden aangegeven, maar mag in 2028 ook maandelijks worden aangegeven

Geldt de pseudo-eindheffing voor alle fossiele/hybride voertuigen?

Nee, de pseudo-eindheffing geldt alleen voor personenauto’s (M1), dus niet voor motorfietsen, bestelauto’s, vrachtauto’s etc. die een werkgever mede voor privédoeleinden ter beschikking stelt aan zijn werknemers.

Hoe kan de werkgever voorkomen dat hij pseudo-eindheffing moet betalen?

De werkgever kan een elektrische of waterstof aangedreven auto ter beschikking stellen. De werkgever kan ook afzien van het ter beschikking stellen van een auto van de zaak en gebruik maken van een mobiliteitsbudget. De werknemer kan ervoor kiezen een auto privé te rijden en zakelijke kilometers € 0,23 belastingvrij te declareren bij de werkgever.

Kan een werkgever de auto van de zaak geheel onderbrengen in het mobiliteitsbudget?

Nee, als het mobiliteitsbudget wordt gebruikt om de auto van de zaak te financieren, wordt dit gelijk gesteld met het mede voor privégebruik ter beschikking stellen van een auto van de zaak en is pseudo-eindheffing (en bijtelling) verschuldigd.

Deel dit artikel: