"Het is leuk, gezellig én leerzaam op de bouwplaats!"
Alle afbouwbedrijven
aangesloten bij NOA
15 september 2021

Jonge Afbouwprofs in wording

Iedereen is op zoek naar nieuwe vakkrachten. Maar waar vind je ze? Vele sectoren vissen in dezelfde vijver van ‘handige jongeren’. Het is echt een uitdaging om leerlingen te enthousiasmeren voor de mooie beroepen die we in de afbouw hebben. Wes en Diego zijn overtuigd en hebben er helemaal zin in:

Wes van Zutphen is 17 jaar oud en voetbalt bij de Geffense V.V. Nooit Gedacht. Diego van den Berg is 16 en ook actief bij de lokale voetbalclub. Beiden gaan dit schooljaar als leerling bij NAS Geffen aan de slag. Wes via het NOA Opleidingsbedrijf Afbouw in Rosmalen, Diego via een stage bij een BOL opleiding.

Momenteel zijn ze beiden al werkzaam bij de NAS als stukadoor. Wes is net klaar op een project in Den Bosch en gaat morgen naar Veldhoven. Diego is in Vinkel aan het werk. NAS interviewde de enthousiaste jongens en publiceerde de jonge ambassadeurs op social media. Een top idee, want wie kunnen de vaklieden van de toekomst beter werven dan de jeugd zelf? Afbouwzaken mag hun verhaal ook delen: laat dit daarom aan zoveel mogelijk jongeren lezen en nodig ze uit om een dagje mee te lopen, of biedt een stageplaats aan. Misschien krijgen we op deze wijze nog veel meer jongeren als Wes en Diego als toekomstige Afbouwprof in onze sectoren!

Al gewend aan vroeg opstaan?

Het zijn echte vroege vogels, want op de vraag of ze ’s morgens moeite hebben met opstaan, wordt volmondig “nee” geantwoord. “Hmm, wanneer we verder van huis moeten, zal dat misschien anders zijn”, bedenkt Diego zich, “maar we hebben allebei een bijbaan op zaterdag, dus we zijn wel gewend om vroeg op te staan.”

Diego & Wes
Diego & Wes

Hoe ziet jullie werkdag er uit?

Wes: “Ik sta 's morgens op, pak dan mijn koelbox die ons mam de avond ervoor al gevuld heeft. Dan ga ik naar buiten, want dan word ik opgehaald. Op de bouw vaak een bakje koffie en dan aan de gang. En als we klaar zijn, rijden we weer naar huis, zodat ik rond half 4 weer thuis ben. Bij Diego gaat het net iets anders. “Wij pakken echt geen bakje koffie?! Wij stappen uit de auto en gaan gelijk naar de woning. Maar mijn koelbox wordt de avond ervoor ook door ons mam gevuld.” Er wordt hartelijk gelachen als de jongens het advies krijgen om “dat vooral zo zien te houden”. Wie wil er geen klaargezette, gevulde koelbox mee naar het werk… 

Wat moet je precies kunnen om als stukadoor aan de gang te gaan?

“Nou”, zegt Wes, “je moet vooral je nest uit kunnen komen en goed luisteren naar je leermeester. Kennis en vaardigheden komen dan vanzelf. Het reien en smeren, dat leren we nog wel!” Diego is het hier zeker mee eens. “Hoewel; het is wel makkelijk om van jezelf al handig te zijn. Maar dit is zeker niet verplicht, je leert echt wel hoe het moet.”

Hoe zijn jullie erbij gekomen om stukadoor te willen worden?

Wes is eerst met een vriend wezen 'beunen'. “Dat vond ik zo leuk dat ik zelf ook stukadoor wil worden. Toen heeft mijn meester de NAS gebeld of ik daar stage mocht lopen. Dat mocht en ik vind het zo leuk hier dat ik via school hier ook doorga met werken.” Bij Diego liep het net iets anders. “Ons pap zei dat ik niet heel de vakantie op de bank mocht liggen. Bel maar rond of je ergens mag werken, zei hij. Toen ben ik met een vriend van mijn vader die stukadoor is, mee gaan werken. En toen vond ik het zo leuk dat ik ook stukadoor wil worden. Vervolgens moest ik stage lopen, maar dat was nogal lastig bij een ZZP-er. Ons pap kent Mark van der Heijden (projectleider bij NAS Geffen). Die kwamen elkaar in de kroeg tegen en toen heb ik via mijn vader het nummer van Mark gekregen. Die heb ik gebeld en toen mocht ik hier beginnen.”

Zijn er ook minder leuke dingen aan het stukadoorsvak? 

“Opruimen” menen Wes en Diego in koor. “Maar”, zo voegt Diego er meteen aan toe, “ook dat hoort erbij!” Verder vinden ze het vooral leuk; vooral het maken van een 'eigen hoekje'. Wes: “Dat je dan een stucstop en hoek mag stellen en vervolgens de wand mag smeren en afwerken. Dat vind ik echt leuk!”

En zijn er in jullie vriendengroep nog meer stukadoors?

Er wordt al snel nee geschud. Volgens Diego moeten mensen vooral durven om het te proberen. “Kijk maar naar ons, wij hebben het geprobeerd en vinden het zó leuk dat we allebei stukadoor willen worden. Daarnaast kun je elkaar altijd veel helpen als er vrienden en vriendinnen in de bouw werken.”

Hoe zien jullie de toekomst van dit beroep?

Een lastige vraag, daar moeten ze even goed over nadenken. “Volgens ons zijn er altijd mensenhanden nodig. Wij zien een robot echt nog niet stukadoren. Daarnaast hopen we dat we altijd in de bouw kunnen werken. Want het is leuk, gezellig én leerzaam!”

Deel dit artikel: