Maar NOA is kritisch over bepaalde elementen
Alle afbouwbedrijven
aangesloten bij NOA
06 juni 2019

Eindelijk Pensioenakkoord

Deze week hebben sociale partners en de regering na negen jaar discussie eindelijk overeenstemming bereikt over een nieuw pensioenakkoord. Voor de bedrijfstak afbouw en gespecialiseerde aannemers bevat het akkoord zonder meer positieve aanknopingspunten. NOA en AFNL vragen al gedurende vele jaren aandacht voor het feit dat werkenden in onze bedrijfstak niet onbeperkt kunnen doorgaan met fysiek zwaar werk. Ook in onze sectoren hebben werkenden het recht om gezond en fit de pensioengerechtigde leeftijd te halen!

Verdere stijging van AOW-leeftijd voorlopig bevroren

In de jaren 2020 en 2021 wordt de AOW-leeftijd bevroren op 66 jaar en vier maanden. Daarna bestaat het voornemen dat de leeftijd weer verder gaat stijgen nar 67 jaar in 2024. Vervolgens is het de bedoeling dat de AOW-leeftijd blijft stijgen. Voor ieder jaar dat we gemiddeld langer leven, zal de AOW-leeftijd met acht maanden gaan stijgen. Deze afspraken zijn voor alle betrokkenen positief. Zeker in de komende twee jaar hebben we geen last van een verdere stijging van de AOW-leeftijd. Of de stijging die daarna zal optreden onze bedrijfstakken voor grote problemen gaat plaatsen moet worden bezien.

Kanttekeningen bij afspraken over fysiek zwaar werk

De eerste opmerking die moet worden gemaakt is dat sociale partners en regering vooralsnog hebben gekozen voor een algemene maatregel waarmee mensen vervroegd kunnen uittreden. Op dit moment is het nog zo dat vervroegd uittreden gepaard gaat met een boete. Het kabinet heeft het voornemen om deze boete tot een inkomen van € 19.000,- voorlopig te schrappen. Eigenlijk is de intentie dat de werknemer zijn pensioen eerder kan opnemen en de werkgever bijdraagt aan zijn loon. Dat is precies het element waarover NOA zeer kritisch is. Wij hebben vaker aan gegeven dat van ondernemers in onze bedrijfstak niet verwacht kan worden dat zij alleen de last en consequenties van fysiek zwaar werk kunnen dragen. Dat is een nationale verantwoordelijkheid. Gelukkig wordt er wel een bedrag van € 800 miljoen beschikbaar gesteld en wordt er onderzoek ingesteld of vervroegde pensionering mogelijk is na 45 dienstjaren. Er zijn nog geen duidelijke definities en uitwerkingen, waardoor er onzekerheid is over hoe en waarvoor deze pot geld precies beschikbaar komt. Wij zijn blij met de bevriezing van de AOW-leeftijd, maar vragen ons wel af waarom niet meer is gekeken naar de problemen met mensen met echt fysiek zware arbeid. Voor dat aspect zullen wij in de politieke discussie zeker aandacht blijven vragen!

Geen kortingen en nieuw pensioencontract

Voor miljoenen Nederlanders dreigde een korting van het pensioen. Gelukkig gold dat niet voor de mensen die vallen onder het Bedrijfspensioenfonds in de bouw (bpfBOUW). Ons pensioenfonds heeft een hoge dekkingsgraad en de pensioenen konden in de afgelopen jaren weer enigszins geïndexeerd worden. Ook zal het pensioen op een andere manier worden vorm gegeven. Daar praten sociale partners in de bouwnijverheid al langer over en dit akkoord kan de discussie van een andere dimensie voorzien. Wij houden u op de hoogte. Nieuw is ook dat ZZP-ers zich verplicht moeten gaan verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. Er wordt echter ook nagedacht over de voorwaarden waaronder een uitzondering mogelijk is. Belangenorganisaties zijn gevraagd om concrete voorstellen te doen en ook NOA-OZP zal zich natuurlijk over dit aspect buigen en haar standpunt formuleren. Ook zullen ZZP-ers/OZP-ers makkelijker toegang kunnen krijgen tot pensioenfondsen zonder dat dit tot verplichtingen leidt.

Principeakkoord

Het door sociale partners en regering gesloten pensioenplan is nog een principeakkoord. FNV moet met het plan eerst terug naar haar achterban. Daarna is het de bedoeling dat het kabinet, sociale partners en pensioenuitvoerders de afspraken gezamenlijk uitwerken. Er wordt zo snel mogelijk gestart met het wetgevende proces voor de afspraken over de AOW-leeftijd voor de komende jaren zodat die wijzigingen op 1 januari 2020 ingaan. Het nieuwe pensioenstelsel moet twee jaar later ingaan.

Kortom: het pensioenakkoord heeft vele positieve aanknopingspunten, maar de afspraken over fysiek zwaar werk lijken zeer mager. Of de werkenden in onze bedrijfstak veel eenvoudiger en makkelijker de pensioengerechtigde leeftijd kunnen behalen, valt te bezien.

Deel dit artikel: